Naarmate Europa zijn duurzaamheidsagenda verder uitrolt, ondergaat het debat over ESG-gekoppelde bestuurdersbeloning een belangrijke wending — van zelfverzekerd leiderschap naar zorgvuldige afstemming.

Wat ooit gold als hét symbool van Europa’s toewijding aan verantwoord kapitalisme, wordt nu opnieuw tegen het licht gehouden in bestuurskamers en beleidskringen. Niet omdat het engagement voor milieu en sociale vooruitgang afneemt, maar omdat de balans tussen doelgerichtheid en concurrentievermogen opnieuw wordt geëvalueerd.

Zeker ook in Nederland stellen bedrijfsleiders en beleidsmakers uitdrukkelijk de vraag of het tempo en de complexiteit van ESG-verplichtingen — met name die voortvloeien uit de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) — innovatie en het industriële concurrentievermogen onder druk zetten.

Europa keert zich niet af van ESG, maar begeeft zich in een meer pragmatische fase — één die vraagt om slimmere integratie van ESG-principes, in plaats van louter uitbreiding.

Van Symbool naar Strategie
In de afgelopen vijf jaar zijn ESG-maatstaven vrijwel overal in Europese bestuurskamers doorgedrongen. Volgens Willis Towers Watson (2024) koppelt inmiddels meer dan 93% van de grote Europese bedrijven de beloning van bestuurders aan ten minste één ESG-doel — meer dan in welke andere regio ter wereld dan ook.

Maar naarmate de praktijk is gegroeid, is ook de scepsis toegenomen. Beleggers en governance-experts vragen zich steeds vaker af of deze doelen daadwerkelijk impact genereren — of simpelweg bonussen aanvullen met makkelijk haalbare targets (Gosling, 2023; Bebchuk & Tallarita, 2023).

Veel vroege ESG-beloningsregelingen waren gebaseerd op vage of laagdrempelige doelstellingen. Bestuurders konden het vakje “duurzaamheid” aanvinken zonder wezenlijke verandering in hun manier van zakendoen. Een klimaatdoel dat te laag ligt — of een diversiteitsdoel zonder echte consequenties — is geen goed bestuur. Het is window dressing.

Beleggers Zetten de Lat Hoger
Aandeelhouders hebben dit opgemerkt. Ze willen nog steeds dat duurzaamheid verankerd is in beloningsbeleid — maar dan wel op de juiste manier.

Dat blijkt onder andere uit de recente aanpassing van HSBC, waar bepaalde milieudoelen in langetermijnbeloning zijn teruggeschroefd na feedback van aandeelhouders (Financial Times, 2025). Standard Chartered schrapte op vergelijkbare wijze kortetermijnprikkels die waren gekoppeld aan gefinancierde emissies, terwijl het de bredere klimaatdoelstellingen bleef ondersteunen.

Deze aanpassingen weerspiegelen een verfijndere benadering: geef prioriteit aan ESG-maatstaven die meetbaar, materieel en afgestemd zijn op de operationele realiteit van het bedrijf (PwC, 2023). Ook toonaangevende proxy-adviseurs onderschrijven deze koerswijziging. ISS en Glass Lewis (2024) blijven ESG-beloning steunen, maar benadrukken dat deze resultaatgericht moet zijn en nauw moet aansluiten bij de bedrijfsstrategie om betekenisvol te zijn.

Het ESG–Concurrentievermogen-Kruispunt
Wat in 2025 nieuw is, is de openlijke erkenning van de afwegingen. In Nederland en in de bredere EU pleiten brancheorganisaties en beleidsmakers voor een meer proportionele toepassing van ESG- en CSRD-verplichtingen.

Zo heeft de Nederlandse werkgeversorganisatie VNO-NCW gewaarschuwd dat uniforme duurzaamheidsregels een te zware last kunnen vormen voor middelgrote bedrijven en Europa’s mondiale concurrentiekracht kunnen aantasten. Vergelijkbare zorgen klinken ook in Duitsland en Frankrijk, waar beleidsmakers aandringen op “industrieel pragmatisme.” Zelfs Commissievoorzitter Ursula von der Leyen heeft een “regelgevingspauze” voorgesteld, zodat bedrijven de tijd krijgen om bestaande ESG-wetgeving te implementeren zonder groei of innovatie te belemmeren.

Deze fase van reflectie betekent niet dat duurzaamheid minder belangrijk wordt — maar wel dat de focus verschuift naar de kwaliteit van uitvoering, strategische alignering en economische realiteit.

Slimmere ESG-prikkels, Niet Meer
Deze herijking is geen afwijzing van ESG-beloningsmodellen — maar een kans om ze effectiever te maken.

In plaats van steeds meer algemene duurzaamheidsdoelen toe te voegen, zouden bedrijven zich moeten richten op minder, maar krachtigere ESG-prikkels. De doelen moeten sterk verbonden zijn met de bedrijfsstrategie, gekoppeld zijn aan meetbare resultaten en voldoende impact hebben om het gedrag van bestuurders daadwerkelijk te beïnvloeden (McKinsey & Company, 2023; Korn Ferry, 2024).

Ook beleggers evolueren: waar ze eerst vooral vroegen óf ESG-maatstaven aanwezig waren in beloningspakketten, kijken ze nu naar de kwaliteit en impact ervan (Conference Board, 2024). Zij begrijpen dat verantwoording pas telt als de doelen zelf ook betekenisvol zijn.

In die context kan ESG-beloning een strategisch instrument blijven — en geen nalevingslast.

Conclusie: Doelgerichtheid met Pragmatisme
Europa laat ESG-leiderschap niet los — het verfijnt het. De stevige regelgevingsbasis van het continent, van CSRD tot SFDR, blijft overeind. Maar de uitvoering wordt nu genuanceerd met oog voor flexibiliteit, concurrentiekracht en industriële relevantie.

Dat is geen zwakte. Het is volwassenheid.

Om als ESG-gekoppelde bestuurdersbeloning succesvol te zijn in deze nieuwe fase, moet ze zowel duurzaamheid als strategische wendbaarheid dienen. Als dit goed gebeurt, kunnen deze prikkels het leiderschapsgedrag sturen richting langetermijnwaarde in een wereld die gevormd wordt door klimaatrisico’s, maatschappelijke verwachtingen en wereldwijde concurrentie.

Het gaat hier niet om ESG versus groei. Het gaat om ESG ten behoeve van veerkrachtige groei. En dat is geen idealisme. Dat is goed bestuur.

Lees ook: Automatiseer uw ESG-rapportage met RPA en IDP.

Referenties

Bebchuk, L. A., & Tallarita, R. (2023). Are ESG pay links effective or just symbolic? Columbia Law School Blue Sky Blog. https://clsbluesky.law.columbia.edu/2023/06/22/are-esg-pay-links-effective-or-just-symbolic/

Conference Board. (2024). ESG performance metrics in executive compensation: Current practices and investor perspectives. https://conference-board.org/topics/esg

European Commission. (2023). Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). https://finance.ec.europa.eu/publications/corporate-sustainability-reporting_en

European Securities and Markets Authority (ESMA). (2022). Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR). https://www.esma.europa.eu/policy-activities/sustainable-finance/sfdr

Financial Times. (2025, March). Big business backtracks on climate goals in top pay. https://www.ft.com (subscription required)

Glass Lewis. (2024). Proxy voting policy guidelines: Continental Europe. https://www.glasslewis.com/guidelines/

Gosling, T. (2023). ESG incentives and executive pay: Risks of virtue signalling. London School of Economics, Sustainable Finance Hub. https://www.lse.ac.uk/granthaminstitute/profiles/tom-gosling/

Harvard Law School Forum on Corporate Governance. (2024). The ESG backlash: Legal and political trends in the U.S. https://corpgov.law.harvard.edu/

Institutional Shareholder Services (ISS). (2024). Benchmark policy updates for 2024. https://www.issgovernance.com/policy-gateway/2024-policy-updates/

Korn Ferry. (2024). Future of pay: ESG and accountability in the boardroom. https://www.kornferry.com/insights/this-week-in-leadership

McKinsey & Company. (2023). Incentivizing sustainability: Linking executive pay to ESG performance. https://www.mckinsey.com/business-functions/sustainability/our-insights/incentivizing-sustainability